7 dieettips die wél werken

Wil je wat kilo’s kwijt, dan moet je meer bewegen en minder eten. Klinkt simpel, toch? Omdat volhouden toch niet altijd meevalt: deze dieettips zijn wél doable.

1. Schroef je HIIT-work-outs terug

Sta je vier keer per week in de sportschool te zweten, maar val je nog steeds niet af? Dan sport je misschien iets té veel. Bij intensieve beweging maak je namelijk het stresshormoon cortisol aan, waardoor er meer energie in je lichaam vrijkomt. Dat was handig in de oertijd als we op de vlucht sloegen voor een roofdier, en is het nog steeds als we een sprintje trekken voor de trein. Maar langdurige stress – en dus een chronisch overschot aan cortisol – is minder goed voor je lichaam. Uit onderzoek van onder meer de universiteit van Yale blijkt dat cortisol de aanmaak van vet rond je buik stimuleert. Ook worden je spieren slapper en krijg je meer trek in calorierijk eten. Skip dus eens wat vaker de sportschool of volg een yogales in plaats van een HIIT-circuit.

2. Zet de muziek zachter als je gaat eten

Je eet meer als je je eigen eetgeluiden niet kunt horen, blijkt uit onderzoek van Brigham Young University en Colorado State University. De proefpersonen die in stilte aten, waren zich er door de crunchy geluiden van hun pretzels meer van bewust dat ze aan het eten waren en voelden dus beter aan wanneer ze genoeg hadden. De groep die snackte met harde muziek, werkte meer pretzels naar binnen. Zit je tijdens het eten in een ruimte met veel lawaai en heb je geen mogelijkheid om de muziek zachter te zetten? Probeer dan met aandacht te eten door na elke hap je bestek even neer te leggen. Bedenk tijdens het kauwen welke smaken je allemaal proeft.

3. Luister naar comedy onderweg naar je werk

Te laat opstaan, haastig aankleden, snel een boterham naar binnen werken en aansluiten in de file of overvolle trein: de ochtenden zijn voor veel mensen stressvol. Druk die cortisol-boost de kop en luister onderweg naar een grappige podcast. Door te lachen, en zelfs alleen al het dénken aan lachen, daalt de hoeveelheid cortisol en adrenaline in je bloed flink.

4. Delete de calorieën-tellers op je telefoon

Je lichaam reageert niet op elke calorie hetzelfde. Dus in plaats van koortsachtig te gaan tellen, kun je beter focussen op het eten van de juiste calorieën. Hoeveel snelle koolhydraten – zoals wit brood, witte pasta en aardappels – staan er bijvoorbeeld op je menu? Steeds als je die eet, maakt je alvleesklier insuline aan: het hormoon dat het suikergehalte in je bloed reguleert. Als dat te veel en te vaak gebeurt, raken je lichaamscellen steeds minder gevoelig voor insuline. Hierdoor kan het hormoon niet goed z’n werk doen en slaat je lichaam meer vet op. Het resultaat: je komt aan. Verwijder die calorieënteller dus van je telefoon, kies voor volkoren of spelt als het om brood of pasta gaat en maak eens een stamppot van zoete aardappel.

5. Heb vaker seks

Tijdens de seks verbrand je niet alleen calorieën, maar produceer je ook meer van het ‘knuffelhormoon’ oxytocine. Volgens Harvard-gezondheidswetenschapper Elizabeth Lawson heeft dit een positief effect op je metabolisme: je hebt minder zin in een vette hap en eet dus minder calorierijk. Daarnaast ontdekten wetenschappers van de universiteit van Cincinnati dat ochtendseks hét medicijn tegen stress (en dus cortisol) is. De effecten zouden tot wel zeven dagen merkbaar zijn. Je weet wat je morgenochtend te doen staat.

6. Maak tijd voor ontbijt

Uit onderzoek blijkt dat mensen die ontbijten, de rest van de dag minder snoepen, gezondere keuzes maken én meer bewegen dan niet-ontbijters. Ook heb je ’s ochtends vaak meer discipline om een gezonde maaltijd te maken dan als je pas later op de dag begint te eten.

7. Check je medicijnkastje

Eet je gezond en sport je regelmatig, maar kom je toch aan? Misschien ligt het aan een geneesmiddel dat je gebruikt: dat zorgt soms voor extra kilo’s doordat je lichaam vocht vasthoudt, je meer eetlust hebt of je schildklier langzamer werkt. Wees bijvoorbeeld alert bij antidepressiva, medicijnen tegen diabetes of allergie en ontstekingsremmers. Check de bijsluiter en overleg met je arts of apotheek.

En de laatste tip: vraag hulp aan een diëtist of lees een dieetboek met gezonde recepten. Zoals deze!

Bron: Santé oktober 2019, tekst: Mara Ruijter, Beeld: Getty Images