Zo deal je met mensen die energie vreten
23 oktober 2019
Soms krijg je met mensen te maken die energie vreten. Je wilt het liefst heel hard wegrennen, maar soms lukt dat niet en dan moet je ermee dealen. Dat doe je zo.
Maak het gesprek positief
Energieslurpers zijn vaak negatief ingesteld. Zorg daarom voor positieve en verfrissende onderwerpen in een gesprek. Onderwerpen als relaties en werk kunnen al snel zwaar worden, maar door te praten over bijvoorbeeld vakanties of een populair tv-programma creëer je een opgewekte sfeer. Toch in een zwaarder gesprek beland? Stel positieve vragen: ‘Wat vond je goed gaan?’, ‘Wat heb je ervan geleerd?’ of ‘Waar verheug je je op?’
Lees ook: ‘5x zo overleef je een ongemakkelijk gesprek‘
Neem voldoende pauzes
Energievretende familieleden of naaste collega’s kun je moeilijk helemaal uit je leven bannen. Maar probeer in elk geval de hoeveelheid contact te verminderen en genoeg rust voor jezelf in te plannen. Neem ook tijdens de gesprekken zelf kleine pauzes, zodat je op adem kunt komen. Ga even naar het toilet en doe daar een paar ademhalingsoefeningen om te ontspannen. Plof na het contact niet op de bank, maar ga iets doen waar je energie van krijgt: maak een wandeling, luister een podcast van iemand die jou inspireert of ga een uurtje sporten. Zo voorkom je dat dat uitgeputte gevoel lang blijft hangen.
Voed je basisbehoeften
Volgens psychologen Richard Ryan en Edward Deci van de universiteit van Rochester zijn er drie aspecten die ervoor zorgen dat je energiepeil stijgt: autonomie (zelf bepalen wat je doet), verbondenheid (je geliefd voelen) en bekwaamheid (iets doen waar je goed in bent en dit met succes afronden). Kun je niet onder je afspraak uit? Zorg er dan in elk geval voor dat jij bepaalt waar en hoe laat jullie afspreken en doe dan iets wat jij leuk vindt.
Laat je niet meeslepen
Helaas: mensen kun je niet veranderen. Accepteer dat en ga de discussie niet te veel aan. Laat je ook niet meeslepen in de emoties van de ander en houd het contact zo luchtig mogelijk. Ene oor in, andere oor uit.
Bron: Santé april 2019, Tekst: Mara Ruijter