nooit goed

Je doet het ook nooit goed

Het is ook nóóit goed: besluit je minder vlees te eten, krijg je commentaar dat je geen vegan bent. Wil je een weekendje weg, mag je er niet meer naartoe vliegen. Vind je 28 uur per week werken genoeg, ontbreekt het je aan ambitie.

 

Hoe overleef je als vrouw van begin dertig in een wereld waarin je het nooit goed lijkt te doen? Journalist Carmen Felix (33) schrijft haar frustraties in een persoonlijk verhaal voor Santé van zich af, omdat haar boek Je kunt het ook nooit goed doen net is uitgekomen.

Enorme zeur

Zonder mezelf meteen keihard te labelen als een enorme zeur: het begint er op te lijken dat je het tegenwoordig bijna niet meer goed kan doen in het leven. En dan heb ik het even over mezelf en demografie waar ik tot behoor: intelligente vrouwen van begin dertig die in de randstad rondhangen. Van alle kanten wordt er aan ons getrokken, op ons gevit, gelet of geprojecteerd. En als ik zeg ‘van alle kanten’ doel ik ook op het feit dat we elkaars grootste critici zijn. Alsof we nog niet genoeg hadden aan de afkeurende blikken van mannen, babyboomers, gesettelden, veertigers en onze moeders.

Ik besloot m’n sterke gevoel om te zetten in een boek: ‘Je kunt het ook nooit goed doen’. Het is niet als een smeekbede om medelijden bedoeld, maar meer als een hart onder de riem voor iedereen die dat zeurderige gevoel ook wel eens heeft gehad. Het gevoel dat je een ambitieuze carrière moet najagen om mee te kunnen praten op borrels, het gevoel dat je rond je 32ste toch echt eens moet gaan baren – en een beetje snel ook, je wil toch geen oude moeder worden of een kind met complicaties krijgen? En het gevoel dat er van je wordt verwacht dat je voor alles wat jou onderscheidt op de barricades springt, zelfs als dat die 20 kilo is waar je juist van af wil komen in plaats van er een lofzang vol zelfliefde over wil zingen.

Alleskunners

Jonge vrouwen worden geacht alleskunners te zijn. Naast je reguliere dagindeling moet je vooral niet vergeten dat je ook een feminist bent, je eigen boontjes dopt, uit elkaar barst van de zelfliefde, maar ook gewoon keihard sport, je bent tenslotte ambitieus toch? Wie is dat nou niet? Je barst van de wilskracht, onderhoudt vriendschappen van vroeger, maar geeft het meest om het milieu. Je zou jezelf vol trots ‘groen’ moeten kunnen noemen, maar dan wel even een manier bedenken om zonder vliegtuig in Bali te komen. Je wilt natuurlijk wel alles van de wereld blijven zien zonder Moeder Aarde het graf in te werken. En als je daar eindelijk achter bent, begin je dan eindelijk eens aan die kinderen? Je vriendinnen zijn er allemaal al, waarom jij nog niet? En pardon, je weet niet zeker of je wel kinderen wil? Maar werkweken van 80 uur vind je ook overdreven? Wat wil je dán met je leven?

Kinderen

Natuurlijk is het niet zo dat ik elke dag door kennisjes of familieleden met dit soort vragen wordt bestookt, maar neem het onderwerp kinderen bijvoorbeeld. Het is er bij ons vrouwen zo erg ingesleten welk traject we aflopen in ons leven. Basisschool, middelbare school, het liefst ga je ook nog studeren en als het goed is heb je ook al een paar vriendjes gehad. Na je studie regel je je eerste baan, die leuk is en goed verdiend. Je bent een meid van deze tijd en hartstikke modern, dus trouwen hoeft nog niet per se. Maar zo rond je dertigste wordt het wel een beetje ‘zielig’ om nog steeds – of erger nog – alweer alleen te zijn.

Mensen om je heen wonen samen, worden zwanger, beginnen je steeds vaker over hypotheken te vervelen, en jij? Jij zit nog op Tinder. Als je een vent was, was het grappig en charmant. Dan mocht je elk weekend nog met het hoogste woord van je vriendengroep vertellen wat voor een lekkere snoekbaars je dit weekend nog je bed in hebt gehengeld. Maar als vrouw…

Jouw klok tikt namelijk veel luider. En sneller ook. Je klok loopt zelfs een beetje voor. Als vrouw van begin dertig heb je tenslotte al minstens één keer in de situatie gezeten waarin iemand je vroeg of jij ‘nog niet aan kinderen denkt?’ Misschien beantwoordde je de vraag heel eerlijk met een ‘O, dat zou ik dolgraag willen, maar niet in m’n eentje’, of ging je er lacherig en afwendend in met een ‘mij niet gezien hoor, lang leve de lol’.

Bij elke keer dat iemand je naar de status van je baarmoeder vraagt, word je weer even geconfronteerd met het feit dat je niemand hebt om een baby mee te maken. Dat je geen behoefte hebt om een baby te maken. Dat het je fysiek niet is gegund om een baby te maken of beter nog: dat je zelf nog helemaal niet hebt nagedacht over een eventuele baby.

Stel die vraag eens aan een man

Het is maar een voorbeeld, die babyvraag. Maar het is wel een voorbeeld waar m’n haren van overeind gaan staan. Vooral als ik het vergelijk met hoe weinig en hoe relatief laat in hun leven deze vraag aan (single) mannen wordt gesteld. Als ’ie al wordt gesteld. Ik wil helemaal niet zeuren over hoe rottig die ongelijkheid voelt, maar ja: die ongelijkheid voelt echt heel rottig. Natuurlijk zit er ook wel een beetje logica achter, want er zit een houdbaarheidsdatum op onze vruchtbaarheid. Maar dat maakt het alleen maar nog rottiger.

Ambitie

De babykwestie is niet het enige vlak waarop je het bijna niet goed kan doen. Ook op het gebied van carrière en werk wordt er van alles van je verwacht als jonge vrouw. Aan de ene kant worden we gezien als het zwakke geslacht, omdat we vaker parttime werken dan onze mannelijke collega’s.

Als je een echt sterk mens bent dat voor de volle 100 procent mee draait in deze maatschappij moet je je namelijk uit de naad werken. Het liefst zo’n 50 uur per week en voor een baas die het tienvoudige verdient als jij. Dat dit totaal op uren-gefocuste model compleet achterhaald is anno 2019, wil nog niet tot iedereen doordringen. Nee, veel werken staat gelijk aan status.

Minder willen werken om zo bijvoorbeeld te kunnen genieten van je korte tijd hier op aarde, staat gelijk aan zwak zijn. En als je als vrouw dan ook nog eens hardop toegeeft dat je een dag minder werkt, omdat je graag wil zien hoe je kind opgroeit, dan moet je ook niet gaan verwachten dat je hetzelfde verdient of dezelfde kansen krijgt als je collega Jeroen die exact hetzelfde doet.

Conclusie

Het beste wat je kan doen is voor je kijken, doorlopen en geen moeilijke vragen stellen. Accepteren dat je tot minstens je veertigste ongemakkelijke vragen over baby’s moet blijven beantwoorden. Accepteren dat mensen je als zwak zien als je hardop zegt dat je ideale werkweek bestaat uit maximaal 28 uur. Accepteren dat je cooler overkomt als je de vraag ‘hoe gaat het?’ steevast met ‘druk’ beantwoord. Accepteren dat elk vrouwenblad elke maand minstens één, maar waarschijnlijk meer tips om af te vallen zal bevatten. Accepteren dat je nou eenmaal vrouw bent en… beseft dat je het toch nooit 100 procent goed kan doen in de ogen van iedereen en eens ‘gewoon’ gaat léven.

Meer over Carmen Felix

nooit goed doen Carmen Felix (33) is freelance journalist en columnist en woont in Amsterdam. Haar boek Je kunt het ook nooit goed doenAlle vermoeiende shit waar je als dertiger geheid tegenaan loopt, € 20,99 (Unieboek | Het Spectrum) verschijnt op 7 november.

Instagram: @carmenfelix, twitter: @carmoede.

Gerelateerde artikelen