Placeholder

4 massagetechnieken die je kunt gebruiken

Er zijn veel verschillende technieken die je kunt gebruiken als je een massage geeft. Of beter nog: laat ze door je partner gebruiken.

Geen idee waarmee je kunt beginnen? Wij leggen vier massagetechnieken uit.

1. Effleurage
Met deze techniek breng je de massageolie op het lichaam aan en breng je de doorbloeding op gang. Maak langzaam een vloeiende en lange beweging met beide handen, waarbij je de vormen van het lichaam volgt. Je hoeft niet veel druk te zetten; bij effleurage is een lichte druk voldoende.

2. Petrissage
De petrissage is een massagetechniek waarbij je druk uitoefent op weefsels en spieren. De petrissage voer je uit met de palm van je hand en je vingers. Je hand moet de vorm van het lichaam volgen, waarbij je door middel van kneden, wringen en rollen zachte druk geeft op de spieren. De bewegingen geef je steeds in een vast ritme.

3. Tapotement
Deze massagetechniek wordt voornamelijk bij Zweedse massage gegeven. Een tapotement bestaat uit hakken, kommen en plukken. Hakken is waarschijnlijk de bekendste vorm, waarbij je met de zijkanten van je handen op de rug trommelt. Bij kommen maak je van je handen een soort kommetje, en het kommetje zet je stevig op de rug neer. Met plukken til je zacht de huid op en laat je deze vervolgens weer los. Let op dat je deze technieken niet te lang op dezelfde plek toepast, anders kunnen er blauwe plekken ontstaan en dat is natuurlijk alles behalve ontspannend.

4. Vibreren
Bij deze techniek maak je met je handpalmen korte en snelle bewegingen op de huid. De bedoeling hiervan is dat de spieren heen en weer bewegen, zonder dat er te hard wordt geduwd. Deze technieken helpen vooral bij mensen met buikklachten. Door het masseren van je buik kunnen verstoppingen verminderen en het bevordert je darmfunctie.

Lees ook onze spoedcursus masseren.

Beeld: Shutterstock | Bron: Archief