Je Leeft Gezond Maar Valt Niet Af

Je leeft gezond maar valt niet af. Hoe kan dat?

Wil jij graag afvallen, maar lijkt niets te werken? Dr. Mariëtte Boon legt uit wat er aan de hand kan zijn.

Dr. Mariëtte Boon: “Vraag je eerst eens af of je wel écht zo gezond leeft als je denkt. Dat wordt namelijk vaak overschat. Geperst vruchtensap lijkt bijvoorbeeld gezond, maar is een bron van suiker. Het best kun je eten volgens de Schijf van Vijf en wegblijven van pakjes en zakjes. Uit recent onderzoek blijkt namelijk dat bewerkt voedsel grote invloed heeft op ons gewicht, deels doordat het minder verzadigt. Voldoende bewegen is ook belangrijk. Het merendeel van de Nederlanders doet dit te weinig: veel stilzitten kun je niet compenseren met een uur sporten per week. Maak juist tussendoor zo veel mogelijk korte wandelingen.”

Meerdere oorzaken
“Zonder dat je het weet, kan het gegeven dat je niet afvalt meerdere oorzaken ­hebben. Je gewicht wordt bijvoorbeeld voor zo’n zestig procent bepaald door je genen. Die regelen onder andere hoe snel je verzadigd raakt en hoe makkelijk je ­energie uit voedsel haalt. Ook je hormonen kunnen een rem zetten op het afvallen, als je ­bijvoorbeeld een traag werkende schildklier hebt of in de overgang zit. Dat je niet afvalt, kan verder te maken hebben met je nachtrust. Als je slecht slaapt, stijgen je hongerhormonen en dalen je verzadigingshormonen. Daardoor krijg je zin in ­ongezond eten.”

Medicijnen
“Ook medicijnen kunnen invloed hebben op je gewicht. Van alle mensen met over­gewicht gebruikt de helft medicijnen met een dikmakende bijwerking, zoals ­prednison, antidepressiva, bloeddrukverlagers of insuline. Vooral insuline is een grote boosdoener, omdat je daardoor veel vet vasthoudt. Al doe je nog zo je best, afvallen is dan een stuk lastiger. Wil je dat toch graag, dan kun het best met je arts bespreken of je medicijnen kunnen worden afgebouwd. Kortom: er zijn genoeg ­medische redenen waardoor je niet (meer) afvalt, maar je moet dus ook geluk hebben met je genen. Door jezelf trucjes aan te leren, kun je daar soms invloed op uitoefenen. Raak je niet snel verzadigd? Drink voor het eten een glas koud water of kauw lang­zamer. Het duurt namelijk gemiddeld twintig minuten tot je verzadigingshormonen hun werk doen.”

Dr. Mariëtte Boon is internist en promoveerde in 2014 cum laude met haar onderzoek naar bruin vet. Samen met internist-endocrinoloog prof. Liesbeth van ­Rossum schreef ze het boek Vet belangrijk (€ 20,99 Ambo|Anthos), vol feiten en fabels over lichaamsvet.

Tip van de redactie

Samsung Galaxy Watch Active 2
Smartwatch Ad
Shop