Darmflora 1000x1440

Dossier: alles over hoe je buik je brein beïnvloedt

Zit je al een tijdje niet zo lekker in je vel? Dat kan door je darmen komen. Want je darmen (en de bacteriën die daarin leven) beïnvloeden je mindset sterker dan je zou verwachten.

Voel je je somber, ben je ineens niet vooruit te branden en kun je in bed eindeloos piekeren? Het kan zomaar zijn dat de oorzaak in je darmen ligt. Uit verschillende onderzoeken blijkt namelijk dat de darmflora de werking van de hersenen beïnvloedt. Er zijn zelfs aanwijzingen dat aandoeningen als parkinson, alzheimer en depressie een link hebben met de darmgezondheid. Wetenschappers noemen onze darmen daarom ook wel ons ‘tweede brein’. Maar hoe ­werken twee organen die relatief ver van elkaar liggen samen? En als je brein en ­darmen samenwerken, is het dan ook zo dat je met de juiste voeding je mentale gezondheid kunt beïnvloeden?

Goede en slechte bacteriën

Om daar antwoord op te geven, is het belangrijk om eerst te weten wat je darm­flora eigenlijk is en doet, meent Jeroen Raes, professor in de microbiologie aan de KU Leuven. “Gemiddeld heeft ieder mens zo’n honderd biljoen bacteriën in zijn darmen. Samen vormen ze je darmflora. Die bacte­riën hebben twee belangrijke functies: ze zorgen voor de vertering van voedsel ‒ vooral van vezels die onze darmen zelf niet kunnen omzetten in energie ‒ en vormen een front tegen ziekteverwekkers. Dringen die laatste ons lijf binnen, dan vallen de goede bacteriën die aan, zodat je niet ziek wordt. Je darmflora is dus van levensbelang.”

Maar om dat werk goed te kunnen doen, is het belangrijk dat die enorme kolonie bacteriën gezond en in evenwicht is. Want er zijn duizenden soorten darmbacteriën en de samenstelling van dat ‘darmvolk’ kan opeens veranderen. En flink ook: uit onderzoek blijkt dat sommige mensen zo’n 500 soorten bacteriën met zich meedragen en anderen maar liefst 5000. Die bacterie­samenstelling wordt daarom weleens vergeleken met een vingerafdruk: voor ieder mens uniek.

Raes: “Er zijn allerlei redenen waarom je darmflora verandert. Zo ligt het er bijvoorbeeld aan hoe snel je lichaam voeding verteert. Maar vooral je eetpatroon is bepalend: goede bacteriën hebben vezels en gezonde, gevarieerde voeding nodig. Ook medicijngebruik heeft grote impact. Anti­biotica, de pil en middelen tegen hooikoorts en andere allergieën kunnen het sommige goede ­bacteriën moeilijk maken. Daardoor kunnen slechtere bacteriën die plek innemen en raakt je darmflora uit balans, waardoor ­ontstekingen, schimmels en veel andere aandoeningen vrij spel krijgen.”

“Als je zenuwachtig bent of verdriet hebt, voel je die emoties meestal niet in je hoofd, maar in je buik”

Ingewikkelde communicatie

Raes deed de afgelopen jaren onderzoek naar die bacteriesamenstelling en de link met depressie. En die link vond hij overduidelijk: mensen met depressieklachten blijken namelijk bepaalde goede darmbacteriën te missen, terwijl mensen die zich gelukkig voelen die bacteriën wel hebben. En zo zijn er meer bewijzen dat darmbacteriën invloed hebben op onze hersenen en ons gedrag.

De Universiteit Leiden ontdekte dat ook piekeren samenhangt met je darmflora. ­Piekeraars kregen vier weken lang probiotica. Na die tijd lagen ze minder vaak wakker en ­hadden ze minder agressieve gedachten. Bij de controlegroep die een placebo kreeg, veranderde er niets. En ook verschillende onderzoeken met muizen en ratten tonen aan dat gezonde darmbacteriën stress en depressie tegengaan. Aanwijzingen genoeg dat je darmen, darmbacteriën en hersenen dus samenwerken.

Waarschijnlijk heb je die communicatie zelf al weleens opgemerkt toen je zenuwachtig was of verdriet had. Je voelt die emoties namelijk meestal niet in je hoofd, maar in je buik, in de vorm van een zwaar, leeg gevoel of buikpijn of -kramp. Je hersenen zenden die emoties daarnaartoe. Maar hoe die communicatie nu feitelijk verloopt – hoe het gesprek tussen je darmen, darmbacteriën en hersenen wordt gevoerd – daar zijn onderzoekers nog niet uit. ­“Som­mige wetenschappers menen dat ­darmbac­­­te­riën direct via een zenuwbaan die ­tussen onze hersenen en darmen doorloopt signalen doorsturen. Anderen zijn ervan overtuigd dat sommige bacteriën in de ­darmen stofjes kunnen aanmaken die via het bloed naar de hersenen worden gestuurd. Deze zogenoemde neurotransmitters ­beïnvloeden angst- en depressieve gevoelens”, legt Raes uit. “En wéér anderen menen dat die communi­catie verloopt via hormonen of ontstekingen. Want mensen die depressief zijn, hebben vaak kleine, milde ontstekingen in de hersenen. Het is dus een technisch, ingewikkeld verhaal. Hoe het echt zit, blijft voorlopig nog gissen.”

Net als huisdieren

Toch lijkt de oplossing voor een verstoorde darmflora en de bijbehorende mentale klachten op het eerste gezicht eenvoudig, want in de eerdergenoemde onderzoeken knapten mensen en muizen snel op na een probioticadrankje of -supplement. In pro­biotica zitten tenslotte levende bacteriën waarmee je je goedebacterievoorraad effectief en snel aanvult. Toch is het helaas niet zo simpel, meent Nienke Gottenbos, auteur van het boek De poepdokter. In haarpraktijk helpt ze mensen met darm­problemen en ook zij is ervan overtuigd dat de darmen en hersenen samenwerken, want de mensen die bij haar aankloppen met buikproblemen, zitten vaak ook mentaal niet lekker in hun vel: ze hebben last van vermoeidheid, slechte concentratie en somberheid. 

“Om je darmflora gezond te houden, is het in de eerste plaats belangrijk om te zorgen voor de goede bacteriën die je al hebt. Die bacteriën zijn net als huisdieren: ze hebben goede voeding nodig om in leven te blijven. En goede voeding betekent in dit geval vooral vezels. De meeste mensen denken bij vezels voornamelijk aan volkorenbrood, maar de interessantste vezels voor je darmflora zitten in groenten en fruit.”

Daarbij is het volgens Gottenbos belangrijk een goede leefomgeving te ­creëren voor de bacteriën: een gezond darmslijmvlies. Die bouw je op door ­voeding te eten die darmbacteriën voedt. Die bacteriën zorgen er samen met de zogenoemde slijmbekercellen van de darm voor, dat de slijmlaag in de darmen goed wordt opgebouwd en gezond blijft. Oplosbare vezels zoals je die vindt in ‘vergeten groenten’ (pompoen, pastinaak, zoete aardappel) voeden deze bacteriën. Aan de andere kant wordt het darmmilieu minder gezond als je veel suiker, alcohol en fastfood eet. Wat je aandacht geeft, groeit. De ‘slechte’ bacteriën die problemen kunnen veroorzaken zijn dol op dit soort bewerkte voeding.

Persoonlijk probioticum

Toch ziet Gottenbos wel het nut van probiotica als aanvulling op een gezonde leefstijl. “Je hebt contact nodig met levende bacteriën. Dat hebben we van oudsher ook altijd gehad, door contact met bacteriën uit de aarde en door bijvoorbeeld gefermenteerde groenten te eten. Dat zijn nog steeds de beste bronnen om aan die bacteriën te komen, maar als je het niet ziet zitten om zelf je groenten te fermenteren, kun je probiotica gebruiken als alternatief.”

Maar het lastige van je darmflora is dat die persoonlijk en complex is. Iedereen heeft weer andere bacteriën in een andere verhouding, dus er is geen kant-en-klaar probioticum dat jou gegarandeerd helpt. Dan moet je eigenlijk eerst weten hoe het ervoor staat met jouw darmflora: van welke bacteriestammen kun je wel wat extra gebruiken? Dat kun je laten testen bij een darmfloratherapeut, die bloed- en ontlastingonderzoek kan doen: “Blijkt dat je een tekort hebt aan goede bacteriën, dan kunnen pro­biotica helpen om het milieu in je darmen te herstellen, zodat je eigen darmflora kan uitgroeien tot een gezond microbioom.

Maar om het nog ingewikkelder te maken, spelen er ook andere dingen mee bij een gezonde darmflora. Gezond eten betekent namelijk niet een op een dat je ook gezonde darmen hebt. Veel mensen kunnen namelijk niet goed tegen bepaalde voedingsmiddelen: gluten, melk en eieren zijn bekende over­gevoeligheden. Het vervelende is: daar hoef je niet veel van te merken, maar aan de ­binnenkant van je darmen zorgt zo’n overgevoeligheid ervoor dat je darmslijmvlies minder gezond wordt en dan kun je pro­biotica slikken wat je wilt. En dan zijn er nog zogenoemde ‘kruisbestuivingen’: combinaties van voedingsstoffen waar jij niet goed tegen kunt en die je darmslijmvlies dus ook geen goed doen. Dus eigenlijk zou je al die zaken in kaart moeten brengen om een persoonlijk dieet en behandelplan te maken dat jouw darmen in topconditie brengt.”

“Inmiddels staat vast dat depressie, autisme, alzheimer en parkinson een oorsprong hebben in de darmflora”

Psychobiotica

Dat is ook een van de redenen dat artsen en ­psychiaters voorlopig nog niks kunnen met de resultaten van onderzoeken naar de samenwerking tussen darmen en hersenen. Want willen ze medicijnen ontwikkelen, dan moeten die waarschijnlijk voor iedereen persoonlijk zijn. “Er is de afgelopen jaren al heel veel ontdekt”, vertelt Raes. “Zo staat nu vast dat depressie, autisme, alzheimer en parkinson een oorsprong hebben in de darmflora. En ik verwacht ook veel van onderzoeken naar darmkanker en aan­doeningen als de ziekte van Crohn en het prikkelbaredarmsyndroom. Maar het is een heel complexe puzzel, omdat er zo veel invloeden meespelen.

Ik denk dat het nog zeker zo’n tien tot twintig jaar duurt voordat we medicijnen kunnen maken die iemands persoonlijke darmflora kunnen verbeteren, waardoor aandoeningen als depressie of parkinson misschien wel ­kunnen worden verminderd.” En dan nog, meent Raes, zullen die psychobiotica (zoals die nieuwe medicijnen worden genoemd) slechts een aanvulling zijn op andere ­behandelingen. “Want een depressie kun je nooit alleen met probiotica oplossen. Je hebt waarschijnlijk ook psychotherapie nodig. ”Maar dát er toekomst zit in psychobiotica, weet Raes zeker. “Ooit lossen we de ingewikkelde puzzel op en kunnen we voor iedereen een persoonlijk plan van aanpak maken.” Tot die tijd raadt hij – net als Gottenbos – aan goed voor je darmen te zorgen door vooral een gezonde leefstijl aan te nemen.

Luister naar je buik

Hoe je merkt of het goed zit met je darm­flora? Gottenbos: “Helemaal zeker weet je dat zonder onderzoek nooit, maar het is vooral belangrijk om kritisch naar je buik te luisteren. Buikklachten ontstaan vaak namelijk geleidelijk. Heb je vaak last van obstipatie, dunne ontlasting, buikpijn of een opgeblazen gevoel? Dat kunnen tekenen zijn dat er iets is veranderd in je darmflora. Zeker als die klachten langere tijd aanhouden en erger worden. Vaak ­wennen mensen aan zo’n onrustige buik, maar die klachten horen er gewoonweg niet te zijn.” En dan zijn er de mentale klachten die worden veroorzaakt door een verstoring: vermoeidheid, sombere gevoelens, ­piekeren en een slechte concentratie. Heb je daar last van? Focus dan eens niet op je hoofd, maar op je buik door gezond te eten. Wie weet los je op die manier een deel van de klachten al op.

Tekst: Priscilla Borgers

Leestip

Boekdepoepdokter
Shop