Placeholder

Johanna, mag het ook wat minder?

Johanna Nolet is freelance journalist en columnist en heeft zich aangemeld voor de allereerste docentenopleiding Partner Yoga in Nederland. Met de paar yogacursussen die ze verspreid over de afgelopen jaren gedaan heeft, wil ze zichzelf niet eens een ‘gevorderde’ noemen. Iedere maand neemt ze ons mee in een column over haar ervaringen.

Lees de vorige blog van Johanna >>

Eerste weekend
Ik ben nerveus. Ik vraag me af of ik het allemaal wel zal kunnen bijhouden. Of ik de juiste kleren aan heb en of ik niet te veel zal zweten. Ik heb mijn huiswerk niet gedaan. Daar baal ik nu van. Het is het eerste weekend van de Teacher Training Partner Yoga en ik loop al achter op de rest omdat ik geen gecertificeerde yogadocent ben.

De intentie is er
In de weken naar de opleiding toe heb ik me op verschillende manieren proberen voor te bereiden: Ik volgde een AcroYoga cursus, waarvan ik helaas de laatste vier lessen heb moeten missen in verband met een verhuizing en twee getrokken verstandskiezen; Toen ik mijn spullen in dozen stopte, heb ik het AcroYoga handboek bovenin gelegd zodat ik er makkelijk weer bij kon. Dat is bij een goeie gedachte gebleven; En ik heb geprobeerd om ‘nog even’ een paar kilo af te vallen, wat natuurlijk een groots averechts effect had.

Goed begin…
Wanneer ik met mijn yogabroek tot in mijn oksels de zaal betreed, is de stofwisseling-detox van een van de deelnemers onderwerp van gesprek. Ik wil me direct weer omdraaien. Het voelt nog te kort geleden dat ik het geluk omtrent mijn nieuwe koolhydraatarme bestaan van de daken schreeuwde. Ondertussen zijn de koekjes er gewoon weer ingeslopen. Ik gun het slachtoffer in mij twee minuten om elke eetbewuste vrouw op aarde ongegrond te haten. Zo daal ik nog wat verder in mijn achting.

Vertrouwen
Gelukkig gaan we van start. We beginnen met vertrouwen opbouwen en wennen aan elkaars aanrakingen. Onmisbaar bij AcroYoga, aangezien we elkaar constant op buik, billen, benen, rug, schouders, handen en voeten dragen. Meteen de eerste oefening -waarbij één persoon met zijn ogen dicht door twee anderen geaaid en gemasseerd wordt- heeft precies dat effect: vertrouwen. De angst dat mensen mij te dik en te zwaar vinden, zorgt ervoor dat ik extreem op uiterlijk gefocust ben. 'Als ik maar niet de dikste ben. Jawel, ik ben duidelijk de dikste. Iedereen is petit en afgetraind, wat een stelletje controlfreaks, noemen ze dat ‘leven’?' Wanneer ik mijn ogen open, heb ik een grijns van oor tot oor en flapperen mijn armen licht hysterisch door de ruimte om iedereen te knuffelen.

Verboden vraag
Door het weekend heen wordt me duidelijk dat ik een belangrijke stap consequent oversla. Bij de kleinste oefening nodigen docenten Dieke en Ellie uit om de persoonlijke grenzen te respecteren. ‘Voel bij jezelf en bij de ander of er weerstand optreedt, ga na wat je lichaam nodig heeft en anticipeer hierop.’ Die grenzen schreeuwen de oren van mijn kop, maar luisteren? Ho maar. Door de constante herhaling, leer ik toch dat mijn stijve liezen veel meer ruimte bieden op het moment dat ik niet zo wijd gespreid hoef als de rest. En dat mijn schouders na jaren zwemmen en surfen super sterk, maar niet zo flexibel zijn. Dat dit ook niet per se negatief is. Ik leer mezelf een vraag stellen, een tot nu toe verboden vraag: 'Johanna, mag het ook wat minder?'

Lees ook Johanna's vorige column: Een enkeltje kindertijd aub. Meer lezen van Johanna? Ga naar: www.johannanolet.nl