Placeholder

Marie-Anne: Het taboe rond ADHD

Bestaat ADHD, of is het een label dat kinderen onterecht krijgen? Marie-Anne deelt vandaag een heel persoonlijk verhaal.

Marie-Anne: 'Zeer regelmatig verschijnen er op mijn tijdlijn van Twitter en Facebook berichten over ADHD. Meestal hebben deze posts min of meer dezelfde strekking: Een deskundige (psychiater, psycholoog of neuroloog) verklaart dat ADHD niet bestaat. Vaak krijgen deze berichten veel bijval. ‘Iedereen die een beetje druk is, krijgt tegenwoordig maar een etiket opgeplakt.’ Of: ‘Vroeger had niemand ADHD nu heeft iedereen ADHD of is dyslectisch of autistisch’, zo lees ik.

De berichten doen mij pijn!
Ik word er verdrietig van en ik vind het kortzichtig. Lang heb ik nagedacht over dit blog omdat ik informatie ga delen die heel erg persoonlijk is. Echter, ik wil graag de andere kant van de medaille laten zien omdat die voor veel kinderen (en volwassenen) een dagelijkse waarheid behelst die niet altijd even makkelijk is.

Ik kom uit de kast: Mijn dochter heeft ADHD
Is dat erg? Nee, helemaal niet. Heeft zij (en haar omgeving)  lastige momenten? Ja, dat wel. Maar dat geldt ook voor iemand met koemelkallergie, een aangeboren oogafwijking of een scheef gegroeide rug. Er is echter een verschil: Over mijn andere dochter met een been in het gips is het makkelijker praten. ADHD durf ik een taboe te noemen. ‘Waarom zou je een kind op willen zadelen met een label? En je geeft haar ook nog medicijnen? Wat erg! Heb je daar wel goed over nagedacht? Zijn rust, reinheid en regelmaat in combinatie met een goed dieet niet veel gezonder?’ Dat zijn zaken die ik (goed bedoeld, daar ben ik van overtuigd) vaak moet aanhoren.

Je bent wie je bent en dat is prima
Maar nee, mensen, soms is rust, reinheid en regelmaat niet genoeg. Mijn dochter is druk, kan niet op haar beurt wachten, kan niet stilzitten, friemelt constant met haar handen en heeft veel conflicten met vooral leeftijdsgenootjes. Ze is ook inventief, creatief, zeer spontaan en sportief. Een tijd lang was ze flink ongelukkig. Vaak kwam ze huilend uit school omdat niemand met haar kon (wilde) afspreken na schooltijd. Op borrels bereidde ik me voor dat de lol er voor haar (en mij) na een uurtje wel af was omdat er weer ‘iets’ gebeurde met een ander kind. Avondeten was problematisch, want dan moest ze stilzitten en op de rapporten van school kelderden de scores van CITO-toetsen naar beneden. ‘Mam, ik wil het graag weten. Heb ik nu wel of niet ADHD? Het wordt me zo vaak op school gevraagd!’, vroeg ze op een dag. ‘Schat, dat is toch niet belangrijk. Jij bent wie je bent en dat is prima zo’, antwoordde ik. Omdat wij toch vonden dat ze er recht op had te weten of zij wel of geen ADHD had, en zij bleef volhouden dat ze het toch echt graag wilde weten, onderging mijn dochter uitgebreide tests. We gingen hierbij niet over een nacht ijs. Toen mijn man en ik na maanden van tests, schoolbezoek en gesprekken voor de uitslag werden opgeroepen, wisten wij diep in ons hart al wat er verteld zou gaan worden.  ‘Uw dochter heeft alle kenmerken die passen bij ADHD. Er is eigenlijk geen kenmerk wat niet op haar van toepassing is’, hoorden wij.  Gek genoeg komt die uitslag toch even binnen.

Proefperiode met medicijnen
Na weer heel wat nachten ijs, met veel lezen en praten met mensen die het kunnen weten, besloten we een proefperiode met medicijnen in te gaan. Voor het eerst zag ik mijn dochter op zondagochtend twee uur lang geconcentreerd schilderen. Ze genoot. Ook las zij een boek uit wat ik twee jaar daarvoor al voor had gekocht. Het had al die tijd onaangeroerd bij haar bed gelegen. Het contact met zusje en leeftijdsgenootjes leek in een wat rustiger vaarwater te zijn gekomen, voor mijn dochter heel belangrijk. De meerderheid van de CITO-toetsen veranderden in drie maanden van een vier naar een 1 of 2 (voor de niet kenners: bij Cito is 1 het hoogst en 5 het laagst). Als er bij ons al twijfel was over medicijnen, was die nu weg. Veel slechte bijwerkingen zijn niet aangetoond in de decennia dat Ritalin-achtige pillen op de markt zijn. Mijn dochter heeft in totaal een uur lang hoofdpijn gehad, en slaapt prima.

Stoppen met de pillen? Liever niet
Op controle bij de kinderarts in het ziekenhuis zei deze: ‘Als je op vakantie bent, mag je wel een maand stoppen hoor met de pillen’. Hierop antwoordde mijn dochter: ‘Liever niet dokter, want als ik nou nieuwe kinderen ontmoet in Spanje dan vinden zij mij misschien irritant zonder pil. Dan lukt het me niet vriendinnen te maken’ De tranen sprongen mij in de ogen. Lieve schat, je bent goed zoals je bent. Met pillen, zonder pillen, met label of zonder label. Als jij maar zo gelukkig mogelijk bent. Doen wij het goed? Ik weet het niet. Is zij gelukkiger? Dat zeker.

En voor de critici op Facebook (of juist die volgers die lukraak maar wat schrijven): er zijn vele onderzoeken gepubliceerd over ADHD. Mijn bewijs dat ADHD bestaat, loopt hier thuis rond. Vooral na vieren ‘s middags, dan stuitert ze want dan is haar medicijn uitgewerkt. En stuiteren vind ik toevallig ook heel leuk!'


Wie is Marie-Anne?
Marie-Anne, 49 jaar is getrouwd en moeder van drie dochters. Ze heeft een serieus kraakbeenprobleem en gaat tegenwoordig met een nieuwe knie door het leven. Voorlopig is ze daar nog mee zoet en volgend jaar is de andere knie aan de beurt. Om de week blogt ze over haar (patchwork)gezin, de zorg in Nederland, haar knie en andere dingen die haar bezighouden.

Lees alle blogs van Marie-Anne >>